Arno Struik, Stadsbeheer - Maurice Schweitzer, Dienstverlening
“Door het voeren van gesprekken met bewoners is duidelijk geworden waarom mensen de dingen doen die ze doen. Door het onderzoek kwamen wij erachter dat wij onze doelgroep heel anders moeten bereiken.”
Arno Struik en Maurice Schweitzer zijn beide werkzaam bij de gemeente Rotterdam. Samen zijn zij verantwoordelijk voor de hygiëne in Rotterdam en de verwerking van afval. Arno is als manager Reiniging verantwoordelijk voor het aansturen van het team dat de openbare buitenruimte schoonhoudt met betrekking tot afval in Rotterdam. Maurice Schweitzer is Gebiedsmanager van de wijken Bloemhof en Hillesluis en houdt bij wat de behoefte is per wijk en stuurt er op aan om dit te behalen.
“Wij merkten een opmerkelijke vervuiling in de wijken Bloemhof en Hillesluis op. Ondanks de extra inzet van onze mankrachten lukte het niet de wijken schoon te houden. Vanuit hier moesten we gaan zoeken naar andere oplossingen.”
In de praktijk
Arno en Maurice hebben social marketing onderzoek ingezet om het verkeerd aanbieden van grofvuil, naastplaatsingen van vuil en zwerfafval te verminderen. Eerder is gebleken dat naastplaatsingen en vuil op straat door zwerfafval veel problemen veroorzaken zoals een onprettige woonbeleving, onhygiënische situaties, ongedierte en ergernis richting de gemeente die in de ogen van bewoners te weinig doet aan het probleem. Maurice vertelt dat verkeerd gedrag van bewoners met betrekking tot afval wordt bekeurd en beboet, maar uit het onderzoek is gebleken dat er meer achter de gedragingen van bewoners schuilt.
Arno geeft aan dat het onderzoek de gedragingen van bewoners in verschillende segmenten heeft kunnen kaderen. Elk segment heeft eigen motivaties en behoeftes met betrekking tot het weggooien van zwerfvuil, huisafval en grofvuil en dient anders te worden benaderd om successen te behalen. In totaal zijn er vier segmenten te onderscheiden, namelijk de “principiële goeddoener”, de “persoonlijke overweger”, de “sociale meebeweger” en de “hardnekkige vervuiler”.
Hiernaast is uit het onderzoek gebleken dat het belangrijk was vanuit de gemeente lokaal te communiceren, bewoners juist aan te spreken en uit te nodigen om mee te denken. De langlopende trajecten van het cluster Stadsbeheer zijn vervolgens aangescherpt aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek. Arno vertelt dat het onderzoek heeft geresulteerd in handvatten hoe de gemeente maatwerk kan uitrollen.
“We willen in de toekomst meer inzetten op het spreken van bewoners in de avonduren. We waren voorheen een organisatie die voornamelijk binnen kantooruren werkte en vervuiling in de stad vindt nu eenmaal op andere tijden plaats. Intern heeft het onderzoek daarom ook bijgedragen aan een andere manier van denken en werken. We waren eerst toch meer van het bestraffende vingertje, nu wordt er meer geluisterd en ideeën opgehaald.”
Toekomstplannen
Arno en Maurice zijn het eens dat vervolgacties geleidelijk over verschillende thema’s plaatsvinden. Arno vertelt dat er sinds de corona-crisis meer maatwerk geleverd moest worden en het onderzoek hen hiermee heeft geholpen. Arno en Maurice enthousiasmeren collega’s graag om social marketing uit te proberen. Beide sporen andere gemeenten aan om eens met een kritische noot naar de eigen werkprocessen te kijken.
“De commerciële wereld is een plek waar je social marketing terug ziet, wij dachten altijd dat dit voor ons als gemeente niet passend zou zijn. Het tegendeel bleek waar.”
Meer weten over afval in Rotterdam?
Kijk ook eens op https://www.rotterdam.nl/wonen-leven/schoon/